“Tegenpolen trekken elkaar aan”, hoor ik al eens voorbij waaien in onbeslommerde gesprekjes. Natuurlijk, magneten enzo, plus en min; ik snap het plaatje. Maar dan ga ik verder denken. Geldt dat altijd?
Denk maar aan Romeo en Julia of Baby en Johnny in Dirty Dancing. We kunnen ook niet zonder de klassiekers zeker? Zonder warm is er geen koud en zonder arm ook geen rijk... Of nog iets bizar: het Stockholmsyndroom. Voor de onwetenden onder u: een psychologisch verschijnsel waarbij de gijzelaar sympathie krijgt voor de gijzelnemer. (Lang leve Wikipedia).
Vanmorgen zag ik een voorhistorische Citroën DS knuffelen met de achterkant van een peperdure, poepchique (wat een toepasselijk woord) Mercedes. Net iets te veel aantrekkingskracht, als je ’t mij vraagt. En lelijke ouders krijgen mooie kinderen. Maar nu dwaal ik misschien wat te ver af.
Afijn, ik bedacht er mijn eigenste theorie bij. Na wat deductief onderzoek (hé, jullie weten ook hoe Wikipedia werkt), kwam ik tot de volgende conclusie. Mensen bij wie de dikke teen langer is dan de tweede in het rijtje, zijn een goede partij voor mensen bij wie de tweede teen wint. Niet onmiddellijk allemaal tegelijk je tenen bestuderen. Denk er eens over na en laat iets weten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten